Samen weten we minder

Robbert Manders

November 2023

Afgelopen week speelde er zich een typisch ‘The Office’ tafereel af bij ons op kantoor. Er staat een bronzen beeldje van een stier[1] waarvan een collega zich afvroeg hoe zwaar het is. Ik had het beeldje vast en schatte 2 kilo. Zo begon een raadspel waarbij we alle collega’s afgingen en de schattingen opschreven om te kijken wie er het dichtstbij zou zitten.

De dynamiek was al snel duidelijk. Na met de hand te wegen en een korte discussie zat ik op 2 kilo. De tweede zei 3 kilo en de derde collega ging ertussenin zitten. De meeste schattingen daarna waren ook 2 of 3 kilo. Gemiddeld schatte de collega’s dat het beeldje 2,75 kilo was.

Afgelopen vrijdag nam ik een weegschaaltje mee naar kantoor en bleek dat beeldje 1320 gram te wegen. Gemiddeld zaten we er dus 100% vandaan.

De winnende schatting was de laagste: 1,5 kilo. Niet geheel toevallig was de winnaar het minst betrokken bij de groepsdiscussie over het gewicht en dat gaf ruimte voor een schatting buiten groepsconsensus.

De les voor u als lezer is niet dat ik slecht ben in het schatten van gewichten, maar dat inschattingen beïnvloed kunnen worden door de mening van anderen. Anchoring heet dat met een mooi Engels woord. Het is vaak verstandig om die te negeren want die schattingen veranderen het echte gewicht niet.

Als het kan, analyseer ik aandelen ook graag zonder in de eerste instantie te weten hoe de markt het waardeert (dus kijk bewust niet naar de koers of beurswaarde). Dan komt daar vaker een schatting uit die buiten die van de markt ligt. Zeker bij een long/short hedge fund is dat handig omdat het twee kanten op kan werken. Dan is de volgende stap nog altijd om uit te zoeken wat de markt ziet wat ik niet zie en andersom.

Ook op grote schaal gebeurt iets dergelijks wel eens. Defensiebedrijven waren voor de grootschalige Russische inval in Oekraïne in 2022 heel anders gewaardeerd dan nu. Het aandeel van de Duitse fabrikant van onder meer de Panther tank, Rheinmetall, sloot 2021 af op een EV/EBIT van 6 en een koers/winstverhouding van 10. Best goedkoop voor een aandeel dat niet bijzonder cyclisch is en een natuurlijke bescherming heeft tegen concurrentie omdat het Duitse ministerie van defensie graag lokaal inkoopt. Daarbovenop zaten de Europese defensiebudgetten al sinds 2014/2015 in de lift en budgetten gaan, als ze groeien, in toenemende mate naar materieel.

Na het uitbreken van de eerdergenoemde grootschalige oorlog en de Duitse toezegging het defensiebudget fors te verhogen, stegen de koersen van de defensiebedrijven fors. Rheinmetall schoot van 100 naar 150 euro.

Maar beleggers waren gewend dat de sector goedkoop was. Dus de stijging ging wellicht iets te geleidelijk. Veel beleggers hadden nog de kans om na de uitbraak van de oorlog in te stappen op betrekkelijk lage waarderingen. Momenteel staat Rheinmetall op een koers van 280 euro. Die koers staat gelijk aan 15 maal de winst van de komende 12 maanden omdat zowel de winst als koers steeg.

Met een rendement op eigen vermogen van 20% en een flink resterend groeipotentieel, is dat niet duur. Anderzijds is het ook niet zo buitenaards goedkoop zoals het eind 2021 was. Het kostte de markt alleen wel 1,5 jaar om los te raken van het eerder neergelegde ‘anker’.

[1] De eerste 50 klanten van Antaurus kregen een bronzen beeldje van een stier.

Robbert Manders, Analist bij Antaurus
Antaurus teamfoto 08-11-2023

Neem contact op

Heeft u een vraag of een opmerking? Aarzel niet om contact met ons op te nemen

020 – 705 95 30
info@antaurus.nl